Tot nog toe hadden we het voornamelijk over korstvormige korstmossen (bvb. muurschotelkorst, plat dambordje en kalkschotelkorst) en bladvormige korstmossen (bvb. groot dooiermos, witstippelschildmos en heksenvingermos). Maar er zijn ook korstmossen die een struikvormige structuur hebben. Een voorbeeld hiervan is het open rendiermos. Open rendiermos (Cladonia portentosa) is …
In de vorige bijdragen hebben we het vooral gehad over lithofyten. Dat zijn planten – met inbegrip van korstmossen, want korstmossen zijn geen planten – die op stenen of rotsen groeien. Hoewel korstmossen vaak worden geassocieerd met organismen die op rotsen of op de grond …
Wat een start van de dag! Toen ik vanochtend ontwaakte, was het zwaarbewolkt en regende het. “Oh nee,” dacht ik, “niet nóg zo’n grijze, miezerige dag!” Ik was een beetje klaar met deze winter. “Laat de lente alsjeblieft snel terugkomen,” smeekte ik de weergoden. Of het nu aan mijn smeekbede lag of dat de weergoden gewoon in een goede bui waren vandaag, ik weet het niet, maar om elf uur klaarde de hemel volledig op. De rest van de dag ontpopte zich tot een ware prille lentedag! Wat een positieve wending.
Naarmate de zon haar weg naar de hoogste regionen van de hemel vond – zelfs al is ‘hoog’ in januari relatief – verspreidde zich een heerlijke zachtheid. Het was gewoonweg perfect weer voor een vrolijke photoshoot doordrenkt met lentekriebels.
Langs de Brugse vestingwallen stralen de eerste tekenen van de lente! Hier en daar dansen sneeuwklokjes vrolijk in het gras, en op een specifiek plekje aan de Gentpoortvest laten enkele tientallen winterakonieten hun enthousiasme zien in volle bloei. Wat een prachtige voorbode van het kleurrijke seizoen dat voor ons ligt!
Bijenbezoek
De opwinding voor de naderende lente is niet alleen voelbaar bij mensen, maar zelfs de allereerste bijen kunnen de kriebels niet weerstaan! En kijk eens naar deze vroege vliegers – de bijen – die enthousiast rondzoemen en een bezoek brengen aan de zonnige gele bloemetjes van de winterakoniet. Ze zijn echt de pioniers van de lentefeestvreugde!
Winterakoniet
De winterakoniet (Eranthis hyemalis) behoort tot de ranonkelfamilie (Ranunculaceae). Het betreft een stinsenplant die gedurende de winterperiode tot bloei komt, van januari tot maart.
De plant kenmerkt zich door stengels waarop individueel geplaatste gele bloemen groeien, omringd door een krans van ongeveer zes bladeren zonder steel. De bloem vertoont doorgaans zes langwerpige bloemdekbladen.
De plant komt van nature voor in Zuid-Frankrijk, Italië en de Balkan. In andere landen is de soort aangeplant of verwilderd. Ook in Brugge doet de stedelijke Groendienst pogingen om de plant te (her-)introduceren.
De eerste narcis
Feestelijk nieuws uit het Begijnhof te Brugge! De allereerste narcis heeft haar betoverende bloem ontvouwd, en dit is slechts het begin. Over enkele weken mogen we ons verheugen op een adembenemende bloemenpracht, wanneer het Begijnhof zal transformeren tot een kleurrijke zee van stralend geel en zuiver wit. Laat de bloemenexplosie maar komen!
Slide show
Bekijk deze Slide show. Om de 4 seconden krijgt u een nieuwe foto te zien.
Korstmossen die op stenen groeien, worden vaak eenvoudigweg ‘steenkorstmossen’ genoemd. Ze zijn te vinden op verschillende soorten ondergronden, zoals muren, vensterbanken, kademuren, beton, bruggen, enz … Kortom, ze gedijen in verschillende omgevingsomstandigheden. De specifieke soorten variëren en vertonen verschillende kleuren, texturen en vormen. In de …
Groot dooiermos Groot dooiermos (Xanthoria parientina) is een korstmos uit de familie van de Teloschistaceae (dooiermosachtigen). De genusnaam Xanthoria is afgeleid van het Griekse woord xanthos, dat “geel” betekent, en de stam ori (“uit de bergen”). De soortnaam parietina betekent: “op muren”. Korstmossen Korstmossen zijn symbiotische organismen die het gevolg zijn van …
We maakten een korte video over het sneeuwklokje (zie onderaan dit bericht). Het is de bedoeling om dit jaar meerdere ‘videospecials’ over stadsplanten te produceren. Hieronder de tekst uit de film.
Tekst
In de vroege lente, soms zelfs al in december, komt het Gewoon sneeuwklokje – Galanthus nivalis – tot leven. Hoewel de winter nog lang niet voorbij is, kondigt het – samen met de gele winterakoniet – met enthousiasme de naderende lente aan.
Sneeuwklokjes zijn allesbehalve typische stadsbewoners, maar toch sieren ze talloze stadsparken, tuinen, parkbossen en historische vestingwallen. Misschien ooit aangeplant – maar nu verwilderd – voegen ze een explosie van natuurlijke schoonheid toe aan de stedelijke omgeving.
Wist je dat het sneeuwklokje eigenlijk kleurloos is? Tussen de bladcellen van de bloemblaadjes bevinden zich kleine luchtbelletjes die, wanneer het licht erop schijnt, de illusie van wit creëren. Het geheim wordt onthuld wanneer je een blaadje tussen je vingers wrijft en het glashelder wordt.
Sneeuwklokjes staan bekend om hun kenmerkende witte, klokvormige bloempjes met groene markeringen op de binnenste bloemblaadjes.
Ze groeien vaak dapper te midden van sneeuw, en vormen een levendig contrast met de witte bloemblaadjes die zuiverheid, nederigheid en onschuld symboliseren.
Let wel op: alle delen van de plant zijn giftig, vooral de bollen, dus laat die onaangeroerd.
Toch bezit de plant geneeskrachtige stoffen, zoals een lectine, die al in de homeopathie werd gebruikt maar volgens recent medisch onderzoek ook waarde heeft voor tumor-, virus- en schimmelbestrijding.
Het sneeuwklokje bevat galantamine. Deze stof wordt onderzocht vanwege zijn mogelijke medicinale toepassingen, met name bij de behandeling van de ziekte van Alzheimer.
Alsof dat nog niet genoeg is, hebben sneeuwklokjes zelfs hun weg gevonden naar de betoverende wereld van parfums. Ze worden als ingrediënt gebruikt voor ‘Pure White Linen’. Het sneeuwklokje kondigt niet alleen de lente aan, maar voegt ook een vleugje magie toe aan ons dagelijks leven!
Vaak zijn op oude kalkrijke muren en kademuren – zie foto boven – oranje korstmossen te zien. Een aantal soorten lijken goed op elkaar en zijn moeilijk te onderscheiden. Een plantenloep kan daarbij goede diensten bewijzen. De gelobde citroenkorst (Variospora flavescens, ook Caloplaca flavescens) is …
What’s in a name? Plat dambordje, gelobde citroenkorst, stoeprandvingermos, goudsteenschubje, muurzonnetje, vliegenstrontjesmos, kronkelheidestaartje… Wie verzint dergelijke poëtische namen? De botanici die de korstmossen op naam brengen moeten beslist van nature dichters zijn. Misschien schrijven ze ook wel sprookjes. Hoe kom je anders bij een naam …
Als ik op straat wilde planten fotografeer duikt er altijd wel een nieuwsgierige voorbijganger op. Je weet wel, zo’n nieuwsgierige ziel die zich afvraagt wat in hemelsnaam de reden is dat ik me op straat als een toegewijde plantenpaparazzo gedraag. Laten we eerlijk zijn, iemand die op de grond ligt, en met zijn neus bijna in een gehoornde klaverzuring zit te fotograferen, is niet echt het alledaagse straatbeeld. En als de passant dan ook nog eens oprecht geïnteresseerd is, volgt vaak de onvermijdelijke vraag: “Welke camera gebruikt mijnheer?”
In al die jaren die jaren dat ik wilde planten fotografeer heb ik al enige ervaring opgedaan. Voor de dappere zielen die overwegen zich ook aan plantenfotografie te wagen, bied ik hierbij enkele tips.
Misverstanden
Eerst en vooral wil ik twee misvattingen uit de wereld helpen:
Laat me allereerst duidelijk maken dat ik verre van een doorgewinterde expert ben op dit gebied. Er lopen vast fotografen rond met een diploma ‘fotografie’ zo groot als een deur, terwijl ik me nog in de fase van “Hallo, mijn naam is Amateur” bevind. Het enige wat ik met zekerheid kan zeggen is dat mijn camera en ik een hecht duo vormen die elkaar door en door kennen.
Ten tweede is het totaal niet zo dat je een duur fototoestel moet hebben – of een lens waarvoor je een financiering moet afsluiten – om mooie foto’s te maken. Het gebeurt me ook wel eens dat ik mijn trouwe metgezel eenzaam thuis heb achtergelaten en dat ik net dan die zeldzame plant op mijn weg vind. Gelukkig staat mijn smartphone altijd klaar als de reddende held in nood, en daar is helemaal niks mis mee!
Natuurlijk is het handig om een fancy camera te hebben, want – laten we eerlijk zijn – het voelt alsof je een plantensafari organiseert. Mijn wapen naar keuze is de Canon EOS 90D: compact, snel, en met een 32-megapixel sensor. Plak er een Canon 60 mm macrolens op, en je bent in business. En voor die momenten dat planten zich echt glamoureus voelen, haal ik mijn 50 mm f/1.8 portretlens tevoorschijn. Want laten we eerlijk zijn, bloemen zijn gewoon de fotomodellen van de natuur, ja toch…?
De tips
Begin je groene avontuur altijd met een vrolijke foto van de plant in zijn natuurlijke habitat! Vang de flair van de muur waar hij tegenaan leunt, het idyllische oeverlandschap, het charmante voetpad waar hij zijn wortels spreidt, of misschien zelfs de wilde ruigte waar hij stoer staat. Het onthult niet alleen de plant, maar ook de trendy biotoop waarin hij zijn groene magie tentoonspreidt.
Maar dan! Verlaag je tot het niveau van je onderwerp. Ik bedoel het niet pejoratief maar letterlijk. Planten houden er niet van om ‘uit de hoogte’ bekeken te worden. Dan laten ze zich zelden of nooit van hun mooiste kant zien. Dus, stel je voor dat je een groene paparazzo bent, maar dan wel eentje die charmant door de knieën gaat voor zijn model!
GorillaPod
Soms zie ik wel eens fotografen als ware acrobaten plat op hun buik gaan voor dat perfecte shot. Maar hé, je hoeft niet per sé de slangenmens uit te hangen! Zelf gebruik ik een Joby Gorillapod. Ik zet ‘m neer in de ideale (lage) positie en laat hem het zware werk doen. Ik kan lekker chillen terwijl ik mijn camera bedien met een zelfontspanner of afstandsbediening. Geen gedoe meer, geen trillende handen, en zeker geen ‘buikschuifelarij’!
Kom dichterbij
Tenzij je bang bent voor vleesetende planten – ben je dat? – kan je je onderwerp gerust wat dichter benaderen. Bekijk door je macrolens de prachtige details. Eventueel kan je die tegelijk ook eens bekijken door een plantenloepje. Er gaat een nieuwe wereld voor je open. Op die manier wordt een photoshoot een echte ontdekkingstocht.
De “rule of thirds”
Zorg ervoor dat je onderwerp niet exact in het midden van de foto staat. Een foto met symmetrie kan vaak wat saai overkomen. Probeer daarom, indien mogelijk, de bekende ‘rule of thirds‘ te volgen. Plaats het onderwerp langs één van de denkbeeldige lijnen of op de kruispunten, die we ook wel ‘powerpoints’ noemen. Deze aanpak zou de compositie levendiger en interessanter moeten maken voor degene die de foto bekijkt. (Zie ook foto boven)
Bokeh
Maak je onderwerp los van de achtergrond. Gebruik hiervoor een wijd open diafragma, zoals f/1.8 of f/2.8. Hierdoor wordt de achtergrond mooi onscherp, en je krijgt een aantrekkelijk bokeh in de achtergrond. Bokeh verwijst naar de esthetische kwaliteit van de onscherpe gebieden in een foto, met name de manier waarop de lens lichtpunten weergeeft. Het is een term die is afgeleid van het Japanse woord “boke”, wat “vervagen” of “waas” betekent. Bokeh wordt vaak gekenmerkt door een aangename, soepele en visueel aantrekkelijke vervaging op de achtergrond van een afbeelding.
Scherptediepte
Een nadeel van een wijd open diafragma is dat je weinig scherptediepte in je foto krijgt. Scherptediepte betekent eigenlijk ‘het deel van de foto dat scherp lijkt’. Als je bijvoorbeeld scherpstelt op een bepaald punt van een bloem, zal dat punt natuurlijk scherp zijn. Maar ook een gebied net voor en net achter dat punt kan scherp lijken. Hoe groter dat gebied is, hoe groter de scherptediepte in de foto. Als je de hele bloem scherp wilt hebben, moet je een andere aanpak proberen, zoals het gebruiken van een kleiner diafragma, bijvoorbeeld f/16.
Het nadeel van een kleiner diafragma (f/16) is dan weer dat je bokeh-effect minder zal zijn, maar vooral dat je meer licht zal moeten toevoegen, want hoe kleiner het diafragma hoe minder licht de sensor kan bereiken. Licht toevoegen kan je op twee manieren. Ofwel ga je de opname langer belichten, ofwel gebruik je een flash.
Lange belichtingstijd
Voor die epische langbelichte foto’s is de Joby Gorillapod je superheld. Zet je camera op een 10-seconden zelfontspanner en… klik! Geen gerommel bij die extra lange belichting. Tenzij je onderwerp natuurlijk in de wind aan het dansen is, want dan krijg je een wazige foto, wat soms ook heerlijk mooi kan zijn.
Wil je wel goedbelichte, scherpe beelden dan grijpen we naar de flash. De ingebouwde flash van je toestel is – sorry dat ik het zeg – in de meeste gevallen waardeloos. Gebruik altijd een externe flash, maar weet ‘m dan goed te gebruiken. Je moet de plant niet rechtstreeks gaan belichten. Ze gaat er echt niet sneller van groeien. Integendeel! Je krijgt een hard beeld waarin geen nuances in de kleuren meer te zien zijn. Richt je flash naar boven en gebruik een ‘Camera Flash Diffuser’ ( Flits Verspreider). Zie https://www.bol.com/be/nl/p/dw4trading-camera-flash-diffuser-flits-verspreider-reflector-zilver-wit/9300000113422351/?s2a=
Speelsheid
Voeg een vleugje speelsheid toe aan je foto door wat diepte te creëren. Zet iets leuks voor je onderwerp neer of omlijst het op een natuurlijke manier. Stel je voor: een bloem die als een kleurrijke diva midden in een krans van groene bladeren opduikt. Laat die foto’s maar een beetje flirten met de diepte!
Vermijd het middaguur voor je photoshoot, want het zonlicht is dan te fel. Bovendien krijgen de planten dan voornamelijk licht van bovenaf, waardoor er weinig schaduwen ontstaan. Als er al schaduwen zijn, kunnen ze erg hard en onflatteus zijn. Kies liever voor de ochtend of late namiddag om foto’s te maken. Op die momenten zijn er meer kleurnuances en transformeren de bloemen tot ware diva’s. Als het licht toch te sterk is, kan een reflectiescherm handig zijn. Maar wees gewaarschuwd, je zou dan wel een mini koffer moeten meenemen op je ‘plantensafari’.
De magie van een regendag
Velen denken dat je een stralende, zonnige dag moet uitkiezen voor je photoshoot. Natuurlijk is het heerlijk flaneren onder een vrolijk zonnetje, maar eigenlijk is een bewolkte dag het geheime wapen van elke fotograaf. Geen gevaar voor overbelichte foto’s en de kleuren stralen als nooit tevoren. Zelfs zo’n mistige, regenachtige dag kan magische omstandigheden creëren. Er ligt een zweempje vocht op de planten en er ontstaat een heerlijk frisse, vochtige sfeer in je foto. Kortom, laat die bewolking maar komen voor een extra portie fotografisch flair!
M-modus
Check eens dat coole moduswieltje op je camera. In het begin is de automatische modus natuurlijk je held; hij lost al die instellingen voor je op. Maar zodra je een beetje op dreef komt, wordt het tijd om vaarwel te zeggen tegen de automatische piloot. Probeer eens een andere modus of goochel zelf wat met die instellingen! Gebruik de M-modus. Daarmee kun je de foto helemaal zelf domineren. Dus waarom heb je die gemakzuchtige, automatische piloot nog nodig als je zelf creatief aan de slag kunt gaan. Gewoon doen!
Donkere achtergrond
Kleurige bloemen komen het best tot hun recht tegen een donkere achtergrond. Daarvoor hoef je echt niet aan studiowerk te doen. Probeer je onderwerp gewoon tegen een schaduwzone te plaatsen. Lukt dat niet dan mag je wat mij betreft best één bloempje plukken, op voorwaarde dat het geen zeldzaam exemplaar is. Succes!
“Horen korstmossen wel thuis in een website over stadsplanten?” hoor ik u zeggen. Op de keeper beschouwd horen ze er net zomin thuis als een vos in het hoenderhok, want korstmossen zijn geen planten. En het zijn bovendien ook geen mossen. Maar hoewel korstmossen, botanisch gezien, …
Als u bij de slager ‘vogels zonder kop’ bestelt dan loopt u niet het risico om als ‘dierenbeul’ door het leven te moeten gaan; en als u bij de bakker een ‘éclair’ ziet liggen dan hoeft u niet meteen te vrezen om door een bliksemschicht …
Stadsplanten is vanaf heden ook te vinden op de sociale media: Facebook, X (vroeger Twitter) , Instagram en Pinterest.
Vijf redenen…
We nemen vaak super veel plantenfoto’s, maar slechts een paar maken het tot op de website. Toch zijn die andere foto’s ook de max en verdienen ze wat aandacht. Op social media kunnen we veel meer foto’s en video’s laten zien, dus zeker de moeite om daar ook eens te checken.
Soms ontdekken we tijdens een wandeling een coole plant, maar hebben we niet de tijd voor een hele fotoshoot. Dan nemen we gewoon een snelle foto met onze smartphone en delen die meteen op social media.
Op sociale media is het supereasy om berichten, foto’s en links naar de website te delen met vrienden en bekenden. We weten zeker dat onze lezers en volgers dat geweldig vinden. Zo helpen jullie om de website in de kijker te zetten en meer bezoekers aan te trekken. Dus… bedankt om onze berichten te delen of een duimpje te geven.
Op social media is het veel makkelijker om een reactie te plaatsen of een vraag te stellen. Je kan zelfs je eigen foto’s delen in je opmerkingen.
En tot slot… social media zijn perfect om toekomstige activiteiten aan te kondigen. Denk maar aan rondleidingen, plantensafari’s of fotoshoots in Brugge en andere steden. Dus hou onze social media in de gaten als je geen enkele activiteit wil missen.
Hoe?
Onderaan elke pagina vindt u links de gekende social media icoontjes. Klik ze aan en u komt zo op onze Facebook, Twitter, Instagram of Pinterest pagina terecht. (Let wel: voor sommige moet u zelf ook een account hebben om content van anderen te kunnen zien.)
Waarom social media gebruiken? Marketting gaat niet langer om het product dat je maakt maar over de verhalen die je vertelt. (Seth W. Godin – auteur)
Bomen hebben een belangrijke rol gespeeld in verschillende culturen over de hele wereld. Lange tijd bleef er een houding van eerbied en ontzag bestaan tegenover de boom: priesters en sjamanen uit vele culturen gebruikten bomen in hun rituelen. Elke boom heeft zijn eigen karakter, rituelen en …
De winter heeft – eindelijk zou je haast zeggen – zijn intrede gedaan. Wat doet een ‘doorwinterde’ plantenliefhebber dan de hele dag? In winterslaap gaan? Niets daarvan! De winter is het ideale moment om eens een andere wereld te verkennen. Niet de wereld van planten …
We wensen al onze lezers en volgers een gelukkig nieuwjaar! Moge 2024 u voorspoed en zegen brengen, een beetje meer vrede op Aarde, een goede gezondheid en veel zalige momenten in de natuur. Laten we allen samen streven naar een wereld waarin vriendschap en mededogen floreert, waar mensen elkaar ondersteunen en waar we de schoonheid van onze planeet koesteren. Laten we elk moment omarmen en dankbaar zijn voor de kansen die het nieuwe jaar ons brengt.
Een nieuw begin
Heeft u ook dat gevoel dat na de winterzonnewende, het solstitium, iets nieuws ontluikt? De kortste dag van het jaar is voorbij. Vooral ’s avonds is het al merkbaar langer licht. Iedereen die een beetje meeleeft met het ritme van de natuur voelt het: de donkerste tijd van het jaar is voorbij. Op naar een – laten we hopen – prachtige lente en zomer.
Natuurlijk is de winter nog lang niet voorbij, maar hier en daar zien we al de eerste tekenen van een nieuwe lente. Het sneeuwklokje is er één van.
Sneeuwklokjes kunnen we moeilijk typische stadsplanten noemen. En toch komt het in talloze parken, tuinen, parkbossen en langs oude vestingwallen voor. Wellicht is het er ooit aangeplant en later verwilderd. Ze zijn één van de vroegst bloeiende planten in het voorjaar en ze bloeien vaak zelfs als er nog sneeuw op de grond ligt, vandaar de naam “sneeuwklokje”.
De meeste soorten, zoals de gewone Galanthus nivalis, bloeien in februari – maart. Galanthus reginae-olgae en Galanthus peshmenii bloeien in de herfst. Enkele klonen van Galanthus elwesii bloeien al in december, andere bloeien tot begin april.
Legende
Over het sneeuwklokje bestaat een mooie legende.
“Eva had het koud toen zij het paradijs moest verlaten. Toen het ook nog begon te sneeuwen was ze de wanhoop nabij. Plotseling stond er een engel voor haar. Ze hield een sneeuwvlok in haar hand. Voor de ogen van Eva smolt de vlok en veranderde in een sneeuwklokje. De engel sprak: “Kijk goed naar de vorm van deze bloem: ze luidt de winter uit.”
Sneeuwklokje in de poëzie
De dichter Felix Rutten schreef omstreeks 1900 het volgende:
Sneeuwklokjes luien de winter uit!
Sneeuwklokjes prijzen de lentebruid!
Sneeuwklokjes luien de lente in!
Sneeuwklokjes groeten de Meikoningin!
Felix Jean Joseph Hubert (Felix) Rutten (Sittard, 13 juli 1882 – Rome, 22 december 1971) was een Limburgse schrijver en dichter. Hij publiceerde zowel in het Nederlands als in het Sittards dialect. Hij stierf op dezelfde dag als zijn grote vriend, de schrijver Godfried Bomans.
“The Snowdrop” van Anna Laetitia Barbauld, (1743-1825)
Already the Snowdrop dares appear, The first pale blossom of th’ unripen’d year; As Flora’s breath, by some transforming power, Had chang’d an icicle into a flower, Its name and hue the scentless plant retains, And winter lingers in its icy veins.
Anna Laetitia Barbauld, geboortenaam Aikin (20 juni 1743 – 9 maart 1825) was een prominente Engelse dichteres en schrijfster van kinderliteratuur.
Als geletterde intellectuele vrouw die in meerdere genres boeken publiceerde, had Barbauld een succesvolle auteurscarrière in een tijd dat weinig vrouwen professioneel schreven.
Stinzenplant
Het sneeuwklokje wordt bij ons vermoedelijk al sinds de Middeleeuwen als sierplant in tuinen en parken gekweekt. Men vindt de soort dan ook dikwijls als ‘stinsenplant’ in landgoederen en in oude tuinen en boomgaarden. Stinzenplanten (ook wel eens als stinsenplanten met een “s” omschreven) is een verzamelnaam voor een bijzondere groep verwilderende voorjaarsbloemen. Het zijn vooral bol-, knol- en wortelgewassen die vanaf circa de 16e eeuw werden (en worden!) aangeplant op buitenplaatsen, rondom kastelen en landhuizen.
Van oorsprong komen Stinzenplanten van elders. Ze zijn door avonturiers en botanisten ‘ontdekt’ en geïntroduceerd in West-Europa.
Kenmerkend voor Stinzenplanten is dat ze op oude buitenplaatsen zijn verwilderd en ingeburgerd. Er zijn plekken waar het voormalig landhuis niet meer staat, maar waar de Stinzenplanten ieder jaar nog steeds uitbundig bloeien.Maar waar komt het woord “Stins” dan vandaan? Een stins is een Fries woord dat zowel in Nederland als in Duitsland gebruikt wordt om een burcht of een landhuis mee aan te duiden. Bewoners van ‘stinzen’ konden het zich permitteren voorjaarsbloeiers rondom hun huis te planten. De naam stinzenplant duikt voor het eerst op in historische beschrijvingen uit 1932 van stinzen en doelt op deze vrolijke voorjaarsbloeiers die zich rond om de ‘stinzen’ verwilderd hebben en elk jaar opnieuw terugkomen.
Voorkomen
De Galanthus komt oorspronkelijk voor in de bosrijke gebieden van Oost-Europa en West-Azië. Veel soorten bloeien in het wild. ‘Galanthus’ is afgeleid van het Griekse gála (melk) en ‘anthos’ (bloem). Dus …melkwitte bloemen.
Andere, sterk op Galanthus nivalis lijkende soorten, worden in de handel aangeboden. Sneeuwklokje wordt in Vlaanderen hoofdzakelijk waargenomen in bossen, natte graslanden, ruigten, boomgaarden, tuinen en parken. Deze vroege voorjaarsbloeier groeit bij voorkeur in loofbos op matig vochtige tot vochtige, voedselrijke standplaatsen.
Op de website Allesoverbloembollen.nl vindt u een gedetailleerd overzicht van de verschillende soorten. Voor meer info: zie onderaan dit artikel.
Kenmerken
Alle soorten hebben witte, klokvormige, knikkende en naar honing geurende bloemen, die aan een dik groen (soms geel) vruchtbeginsel hangen. De buitenste blaadjes zijn wit, maar de binnenste blaadjes hebben vaak een groene vlek, meestal in een U-, V- of H-vorm.
Eigenlijk is het sneeuwklokje niet wit maar kleurloos. Tussen de bladcellen van de bloemblaadjes zitten namelijk kleine luchtbelletjes samengeperst. Door de weerkaatsing van het licht lijken de bloemblaadjes wit. Wrijf je een blaadje fijn tussen je vingers dan is het glashelder.
Sneeuwklokjes behoren tot de narcisfamilie (amaryllidaceae). Ze staan bekend om hun lieflijk uiterlijk met kleine, knikkende, klokvormige bloempjes. De bloemen hebben drie witte bloemblaadjes, soms met groene markeringen aan de binnenkant, en ze hangen aan een slanke, groene stengel.
Het is een bolgewas dat zich uitstekend laat verwilderen.
Zoals veel voorjaarsbloeiers groeit het sneeuwklokje uit een ondergrondse bol. De bol slaat voedingsstoffen op die de plant gebruikt om zijn vroege lentebloemen te produceren.
Bloei
Een bloem heeft zes bloemdekbladen, waarvan de buitenste drie langwerpig zijn en de binnenste drie, veel kortere, omgekeerd hartvormig zijn. De binnenste bloemdekslippen hebben aan de buitenkant alleen aan de top een halvemaanvormige groene, soms gele, vlek.
Het verwante Groot sneeuwklokje (Galánthus elwésii), dat in dezelfde milieus groeit, is in alle opzichten wat groter dan het gewone, het heeft op de binnenste bloemdekbladen twee, zeer dicht op elkaar staande, vertikale groene vlekken in plaats van één aaneengesloten liggende vlek.
Alle sneeuwklokjes geuren heerlijk, zeker als ze binnen in een vaasje staan. Ze leven dan echter niet zo lang. Wil je toch sneeuwklokjes in huis, koop een potje met bloeiende planten, haal ze uit de pot en zet ze in een grote vaas of bak. De kluiten mogen niet uitdrogen, dus geef regelmatig water.
Symboliek
Het sneeuwklokje staat symbool voor hoop en lenteverwachting. Vaak bloeit het al als er nog sneeuw op de bodem ligt, vandaar de naam. Met een beetje fantasie zou je kunnen zeggen dat het door zijn klokgeluid andere bloemen uit de winterslaap wekt. In landen waar veel sneeuw valt is er een algemeen geloof dat het bloempje niet volmaakt is voordat het zijn vriend de sneeuw omhelsd heeft.
Vanwege de vroege bloei wordt het ook als symbool van ongeduld gezien. De witte kleur staat voor zuiverheid, nederigheid en onschuld.
Toxiciteit
Alle delen van de plant zijn giftig. Vooral de bollen van het sneeuwklokje bevatten alkaloïden en giftig zijn als ze worden ingenomen. Dus… niet van eten.
Toepassingen en gebruik
Het sneeuwklokje is, zoals vermeld, giftig. Toch bezit de plant geneeskrachtige stoffen, zoals een lectine, die al in de homeopathie werd gebruikt maar volgens recent medisch onderzoek ook waarde heeft voor tumor-, virus- en schimmelbestrijding.
Van Galanthus nivalis is bekend dat het galantamine bevat. Galantamine is bestudeerd op zijn potentiële medicinale toepassingen, met name bij de behandeling van de ziekte van Alzheimer.
Sneeuwklokjes worden als ingrediënt gebruikt voor parfum, zoals ‘Pure White Linen Summer Fun’ van Estée Lauder (te koop bij Amazon.com.be) en ‘Bucaneve snowdrop’ van Perlier (te koop bij Fragrantica).