Bomen en struiken op muren (deel 2)
We hadden het er gisteren al over dat je bomen en struiken niet alleen in de tuin, in het park of in het bos moet zoeken. In de stad tref je vaak jonge zaailingen aan op muren, tegen gevels of tussen stoeptegels. Hierbij nog enkele soorten die we vonden. Op elk van deze soorten komen we later in een afzonderlijke bijdrage uitvoerig terug.
Buddleja
In Brugge vinden we op vele muren, zelfs op daken, de Buddleja, beter gekend als de ‘vlinderstruik’. De vlinderstruik (Buddleja davidii) is een plant uit de helmkruidfamilie. In Europa is de soort vooral als tuinplant in gebruik maar is steeds meer als tuinvlieder te vinden. De struik kan enige – maar geen strenge – vorst verdragen.
De plant wordt vlinderstruik genoemd omdat hij vlinders aantrekt. Buddleja heeft bloemen die speciaal gebouwd zijn op bestuiving door vlinders. De bloembuis is lang en smal, waardoor alleen insecten met een lange tong bij de nectar kunnen. De struik heeft nog een aanpassing aan insectenbestuiving: van een onbestoven bloem is het hartje geel, en daarmee goed zichtbaar voor insecten. Na bestuiving wordt het rood, een kleur die insecten slecht zien. (Bron: Wikipedia)
Zwarte populier
Er bestaan een aantal soorten populieren die vooral in een jeugdig stadium soms moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. In Vlaanderen kom je voornamelijk de volgende soorten populieren tegen: zwarte populier, trilpopulier, abeel, Canadese populier en de balsempopulier. Verder zijn er nog een groot aantal variëteiten en klonen. Veel van deze soorten komen al erg lang voor in ons landschap en de geschiedenis gaat feitelijk terug tot het oude Rome, waar men populieren in grote aantallen aanplantte. De boom dankt zijn naam aan het Griekse woord ‘paipolos’, wat ‘trillen’ betekent. De bladeren van de populier trillen op typische manier in de wind en maken daarbij soms een ruisend geluid.
In de Middeleeuwen geloofde men er stellig in dat het sap en de hars van de populier door heksen gebruikt werd om heksenzalf van te maken. Ook zouden heksen periodiek met elkaar vergaderen in de kruin van de boom.
Dat laatste is nooit bewezen maar wel is vast komen te staan dat de bladknopen van de populier geneeskrachtige eigenschappen hebben. Zo heeft het sap van de zwarte populier bijvoorbeeld een ontstekingsremmende- en wondhelende werking. Deze werking is te verklaren door de salicylaten die zich in het sap bevinden. Acetylsalicylzuur wordt ook wel gebruikt in aspirine omdat het koortsverlagend, pijnstillend en ontstekingsremmend werkt. Populierknoppen worden in de homeopathie gebruikt voor behandeling van: uitwendige aambeien, zonnebrand, oppervlakkige wonden, huidproblemen en als trekzalf voor steenpuisten. (Brontekst: https://www.tuinpraat.be/populier/)
Robinia
Robinia, acacia, witte acacia of valse acacia (Robinia pseudoacacia) die behoort tot de onderfamilie Faboideae in de vlinderbloemenfamilie. Pseudoacacia betekent wel zoveel als “gelijkend op de acacia”. De Robinia was één van de eerste boomsoorten die door de mens (in dit geval Jean Robin) vanuit Noord-Amerika, het land van herkomst, in Europa werd ingevoerd.Deze boom is een exoot in West-Europa en kan er mogelijk de biodiversiteit verstoren. Hoewel de soort op de lijst van invasieve soorten in België staat biedt deze plant een enorme bron van voedsel voor insecten door zijn uitbundige bloei.
Behalve de bloemen zijn alle bestanddelen, maar vooral de schors, jonge twijgjes en zaden giftig, vooral voor paarden. Bij het bewerken van het hout kan stof vrijkomen dat leidt tot misselijkheid, hoofdpijn en braakneigingen. Het kan leiden tot verwijde pupillen, braken en diarree. Het eten van zaden kan leiden tot het uitvallen van orgaanfuncties. Daarom wordt vermeden de boom te planten in de buurt van speelplaatsen voor kinderen.
Bron: Wikipedia https://nl.wikipedia.org/wiki/Robinia_(soort)
https://www.floravannederland.nl/planten/robinia
https://www.imkerpedia.nl/wiki/index.php/Robinia
https://waarnemingen.be/species/26821/
https://wilde-planten.nl/robinia.htm
https://groenvanbijons.be/plant/valse-acacia
Zwarte els
De zwarte els is een boom uit de berkenfamilie (Betulaceae), inheems in Europa en Azië.
De soortaanduiding ‘glutinosa’ betekent kleverig en dat heeft betrekking op de knoppen en de jonge bladeren. De toevoeging ‘zwarte’ duidt op de donkerbruine schors van jonge bomen, in tegenstelling tot de schors van de grauwe of witte els.
Alnus glutinosa is inheems in vrijwel geheel Europa en groeit voornamelijk in vochtige gebieden. Uitgroeiend tot soms meerstammige forse boom. Het verspreid staande blad wordt tot 10 cm groot, is eirond en heeft een afgeronde top. De gesteelde knoppen die grijsviolet van kleur zijn en het jonge blad voelen kleverig aan.
Vrouwelijke katjes ovaal en onopvallend, ± 0,5 cm lang en mannelijke katjes bruingeel, ± 7 cm lang. Elzenproppen verschijnen vanaf september en blijven lang aan de boom. De boom wortelt zich stevig en vrij diep en verdraagt verharding slecht.
Bron: https://www.vdberk.be/bomen/alnus-glutinosa/
Meer info:
https://www.floravannederland.nl/planten/zwarte_els
https://nl.wikipedia.org/wiki/Zwarte_els
Ontdek meer van Stadsplanten
Abonneer u om de nieuwste berichten naar uw e-mail te laten verzenden.