Een jaknikker met allure … gedraaid knikmos
Stel je eens voor: een betoverende wereld vol mos die tot leven komt wanneer de rest van de natuur nog in een diepe winterslaap is. Ik verlies mezelf op een grijze winterdag in een levendig kleurenfestijn van mossen en sporenkapseltjes. Oranje, diep donkerrood, okerbruin, fris groen, geel… een adembenemend schouwspel omgeven door blaadjes in vijftig tinten groen en een overvloed aan vormen.
En het meest fantastische is dat dit kleurrijke feest zich niet enkel afspeelt in ver afgelegen natuurreservaten, maar juist tussen de stoeptegels, in plantenbakken of op muren van mooie, oude gevels langs mijn favoriete wandelparcours in de stad. Het bestuderen van mossen wordt hierdoor extra opwindend: elke dag kan ik ze bewonderen, zien hoe de kapsels zich ontwikkelen en hoe ze zich gedragen onder de wisselende weersomstandigheden. Het is als een dagelijkse ontdekkingsreis in een surrealistische wereld, recht voor mijn neus!
Oké, ben je ook klaar voor een feestelijk mosavontuur? De meeste mossen herken je vrij gemakkelijk met een kleine plantenloep of zo’n hippe macrolens zoals ik altijd gebruik. En wil je echt als een professional door het leven gaan dan doet een microscoop wonderen. En… soms heb je die inderdaad nodig, want mossen determineren is geen sinecure. Zo ook voor de vedette van deze keer … gedraaid knikmos (Bryum capillare), want niet alle jaknikkers zijn knikmossen. Zo gemakkelijk is het nu ook weer niet.
Sporenkapsels
Daar gaan we ! Stel je voor: je bekijkt de blaadjes alsof je een dansje maakt op een onbekend muziekje. Beoordeel die vorm, check of ze een beetje rebels zijn met omgeslagen randjes, en speur naar een bladrand die misschien wel een swingend randje heeft. En laten we de glasharen niet vergeten – het ultieme bewijs van de feeststemming in mossenland!
En serieus, wie had gedacht dat sporenkapsels zo’n grandioos spektakel kunnen zijn? Het is als een vrolijke parade maar dan met een flinke dosis glitter en glamour. Dus pak die plantenloep en duik in het feestgedruis, want de mossenwereld staat te popelen om jou te verwelkomen.
De naam ‘knikmos’ is afgeleid van de opvallende vruchtlichamen waarin de sporen van deze groep zich ontwikkelen. Knikmossen verspreiden zichzelf door sporen te produceren in een structuur genaamd een ‘kapsel’. Deze kapsels bevinden zich meestal op een rozet van bladeren of op korte stengeltjes. Het kapsel is vaak veel groter dan het mos zelf en heeft een opvallend ‘knikkend’ hoofdje. In dit hoofdje worden de sporen gevormd. Zodra de sporen rijp zijn, worden ze via een opening in de lucht vrijgelaten.
De truc met de blaadjes
Binnen de knikmossen kunnen de kapsels verschillende vormen aannemen. Het herkennen van veel soorten is sterk afhankelijk van de kenmerken van deze kapsels, omdat de blaadjes vaak op elkaar lijken.
Het gedraaid knikmos is een mos dat blij is met elk substraat. Het groeit op aarde, op rotsen of op schors. In de binnensteden komt hij vooral voor op schaduwrijke muren, omdat het de voorkeur geeft aan matig vochtige locaties. Maar het laat zich niet afschrikken door een beetje zon en warmte. Het overleeft droge periodes door nagenoeg compleet uit te drogen. In natte tijden, zoals de winter, gaat het helemaal los en laat het zich van zijn beste kant zien. Maar de kunst is om die kurkdroge zomer te overleven. Dit kleine wonder kan tijdens de droge zomer in een soort ‘zomerrust’ belanden. De blaadjes draaien op een typisch coole manier in elkaar als ze opdrogen. Maar wacht – hier komt de twist – zodra de regen zijn rentree maakt, ontvouwen de blaadjes zich weer.
Op bakstenen muurtjes, stoepvoegen en andere stenige plekken, zelfs op oude standbeelden, vind je gedraaid knikmos en zilvermos als de ondeugende tweeling van de moswereld. Heel veel mossen maken in de late winter en het vroege voorjaar hun sporenkapsels. En wanneer het gedraaid knikmos gaat kapselen, verandert het die oude muur in een waanzinnig micro-bos.
Als je ze dan met een loep of macrolens gaat bekijken gaat een nieuwe wereld voor je open. Gedraaid knikmos heeft groene kapseltjes aan kleurige gebogen steeltjes.
Sporenkapsel
Het jonge sporenkapsel begint als een iel, kleurrijk stengeltje met een bescheiden verdikking aan de top. Die nederige verdikking ontpopt zich tot het groene sporendoosje.
Om ervoor te zorgen dat de sporen niet voortijdig de dansvloer verlaten als het dekseltje zich onverwachts opent, hebben vele bladmossen een trucje: de peristoomtanden. Deze tanden dienen als de bewakers van de kapselmond, en bij gunstige, droge omstandigheden buigen ze naar buiten als ware dansers, waardoor de weg vrijkomt voor de rijpe sporen.
Op bijgaande macrofoto’s kan je de details van de sporendoosjes goed zien. In een jong stadium van het kapsel wordt het peristoom bedekt door een operculum (dekseltje). Het peristoom – dat er vaak uitziet als kleine tandjes – dient voor het uitstrooien van de sporen. De kleur, het aantal, de mate van gedeeld zijn en een aantal – slechts met de microscoop te ontwaren – eigenschappen van de peristoomtanden zijn vaak kenmerkend voor een bepaalde mossoort.
Photoshoot
Bronnen en meer informatie
https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=31010
https://www.yavannah.nl/detailpagina.php?soortid=12&catid=5&soortnaam=gedraaid_knikmos
https://www.verspreidingsatlas.nl/2586
https://waarnemingen.be/species/17282/
https://kulak.kuleuven.be/bioweb/index.php?lang=nl&detail=663
Ontdek meer van Stadsplanten
Abonneer u om de nieuwste berichten naar uw e-mail te laten verzenden.