Onderzoek naar korstmossen en stadsklimaat
Vroeger dachten biologen dat de ware natuur ver verwijderd was van stedelijke gebieden, verstopt in bossen, duinen, vennen en andere afgelegen plekken. Maar nu groeit de interesse in alles wat leeft binnen de stad met de dag. En dat is geweldig nieuws!
In de stad gedijen specifieke soorten en onderzoekers zijn nieuwsgierig naar de invloed van het stedelijke milieu op de biodiversiteit. Op dit moment is er een onderzoek gaande waar iedereen aan kan deelnemen. Het is helemaal niet moeilijk! Hier is een korte uitleg.
Bruggeling Tim Claerhout, bioloog (RUG), is doctoraasstudent aan de Hortus botanicus in Leiden. Hij doet onderzoek naar het effect van het micro-klimaat in de stad op de biodiversiteit, meer bepaald met betrekking tot mossen en korstmossen.
Iedereen kan meewerken aan dit wetenschappelijk experiment. In het filmpje hieronder leggen we uit hoe het onderzoek in z’n werk gaat.
Zo doe je mee
1. Kies 5 vrijstaande bomen langs een weg, op de stoep, of op een grasveld in een park. De vijf bomen staan in een rij of groep niet verder dan 100 meter uit elkaar. Ook mogen de bomen niet scheef staan. De dikte moet minimaal de breedte van een vel papier (21 cm) zijn. Op deze bomen moeten op ooghoogte korstmossen groeien.
2. Download en print de zoekkaart. (Klik op deze link)
Hierop staan vijf groeivormen van mossen en korstmossen afgebeeld. Lees de beschrijvingen goed en probeer ze als oefening vooraf op wat bomen terug te vinden. We gebruiken in dit onderzoek groeivormen, omdat er heel veel soorten zijn en het lastig is om ze allemaal op naam te brengen.
3. Begin bij de eerste boom en schat de hoeveelheid van elk van de 5 typen groeivormen: geen / weinig / veel. Geen betekent dat je dit type niet met zekerheid hebt gezien. Weinig betekent dat je het type op een paar plekjes hebt zien groeien. Veel betekent dat dit type een flink deel van begroeiing op de boomstam uitmaakt. We geven geen exacte grenzen omdat de hoeveelheid korstmos per boom verschilt. Kijk alleen naar de begroeiing rond ooghoogte (+/- 1,5 tot 2,0 meter) en aan de meest begroeide zijde van de boom.
4. Herhaal dit totdat je 5 bomen hebt onderzocht.
5. De gegevens voer je in via deze website met de knop hieronder. Je kunt de gegevens direct in het veld invoeren. Je kunt de gegevens ook op een formulier invullen en thuis invoeren.
6. Ben je klaar, dan wordt er een score berekent.
7. Jouw telling komt op de kaart te staan. Deze is voor iedereen zichtbaar.
Ontdek meer van Stadsplanten
Abonneer u om de nieuwste berichten naar uw e-mail te laten verzenden.